18 mei 2016

Fietsclub 'Krap bij Kas'

Het verhaal is zó leuk, dat je zin hebt om met ze mee te gaan, aldus de tekst op de achterkant. Dat vond ik destijds ook. Fietsclub 'Krap bij Kas' zou een serie van vier boeken worden, die ik in de jaren tachtig dankzij de bieb allemaal gelezen heb. Een er van kocht ik destijds in de boekhandel van een gewonnen boekenbon. Een ander deel vond ik tweedehands. En eergisteren kocht ik voor een prikje deel 1, zodat ik er nu een recensie van kan schrijven. Dertig jaar nadat ik de serie zelf voor het eerst las.

Hoe ik er nu tegen aan kijk? Het omslag is mooi. Het spreekt aan. De vier vriendinnen zouden zo bij je in de klas kunnen zitten. Anneke van de Pas voorop, en achter haar van rechts naar links: Ineke Steenbeek, Roelien Hollander en Ina Beumer. Anneke is de rustigste van het stel, een beetje verlegen ook. Geen type om voorop te rijden, eigenlijk. Ineke wordt omschreven als een meisje met jongensachtig kort haar. Korter dan Herry Behrens het heeft getekend. En Roelien heeft een nieuwe sportfiets bij elkaar verdiend, waar ze mee op vakantie gaat, zo staat te lezen. Geen toerfiets, zoals hier.

Het verhaal is vooral onwaarschijnlijk. Hoe oud de meisjes precies zijn, waar ze op school zitten, of ze bij elkaar in de klas zitten, wordt allemaal niet duidelijk. Wat wel duidelijk is, is dat het vakantie is en dat ze op pad willen. Irene komt op het idee een fietsclub op te richten. Omdat ze nogal 'Krap bij Kas' zitten moeten er karweitjes worden opgeknapt om geld te verdienen. Vooral werkjes bij ouders thuis. Over een krantenwijk, fruit plukken of vakken vullen wordt niet geschreven. De ouders maken ook amper bezwaar tegen hun plannen. Dat zou bij mij thuis wel anders zijn gegaan, als ik zoiets had gewild, op mijn vijftiende.

Fietsen is leuk, fietsen gaat vanzelf, het is soms slecht weer maar nog veel vaker mooi. En maaltijden, die komen gewoon gratis voorbij. Omdat je vriendschap sluit met een eenzame herder in een boshut. Een wereldvreemde man die blijkbaar geen enkel probleem heeft met vier pubermeiden op zijn terrein. Ze mogen er zo maar een week met hun tentjes staan. En als een boze ram hun onderdak vernield regelt de herder samen met de boer uit het dorp gewoon vier nieuwe tenten. Zo maar.

Het was de bedoeling om naar de camping te gaan van de oma en opa van Ineke. Maar zo ver komen ze niet. Het was zo gezellig bij de herder in Drenthe, dat ze daarna besluiten terug naar huis te rijden. Volgende keer beter. Op naar het volgende deel. Waar ze een popconcert bijwonen, of vier nieuwe fietsen winnen. Of de grens over gaan. In welke volgorde het kwam, weet ik niet precies meer. Wel, dat ze het nog allemaal mee gaan maken. Ja, je zou zo met ze mee willen. Als fietsvakanties ook werkelijk op deze manier verliepen. Als alle maaltijden gratis waren, lange afstanden niet lijken te bestaan en de belevenissen plus kado's je zo maar om je oren vliegen. Wie wil dat nou niet.

Geen opmerkingen: