31 augustus 2017

Jong in de jaren tachtig

Het werd nog even gauw zomer, dit weekend. Met temperaturen, waarbij je alleen dat doet wat heel hard nodig is. Voor de rest is het vooral veel in de zon zitten. Met een gemakkelijk boek. Ik koos voor de serie van Jeugdhotel de Witte Hengst. Een serie van zes delen, waarvan ik er intussen vijf besproken heb in deze blog. Het zesde deel ontbreekt helaas nog steeds aan mijn verzameling. Waar het over zal gaan, weet ik wel. Of, althans, ik heb een vermoeden.

Al lezende in die vijf delen, bedacht ik me, dat de jaren tachtig ook al wel even geleden zijn. Dat de tieners van toen intussen veertigers zijn. En misschien zelf al wel weer dochters in die leeftijd hebben. Met die boeken van toen hoef je bij de meiden van nu niet meer aan te komen. Tenzij je dochter er eentje is, zoals ik vroeger was. Iemand die vragen stelt, waar niet direct een antwoord op is te geven. Mam, hoe ging dat dan, toen jij jong was?

Aan dat soort dochters geef je dan een of meer boeken van Helen Taselaar. Dat kan de serie over de Witte Hengst zijn, maar Picadero of  De Wildhof mag ook. Wat in al die boeken namelijk heel duidelijk naar voren komt, zijn de jaren tachtig. Met een heel klein tikje naar de jaren negentig. Zo ging dat toen, toen mamma zestien was. Niet helemaal, maar grotendeels wel. 

Romantische muziek kwam van een cassettebandje of een LP. En iemand die heel veel geld had gespaard of iets bijzonders wilde, kocht een CD speler. Uitgaan deed je in een discotheek, die om negen uur open ging en om één uur 's nachts weer dicht. Een auto had je nog niet. Als je een rijbewijs had, mocht je er een lenen, van je ouders. Die eigen auto kwam er pas als je werk had, maar zelfs dan nog niet meteen. 

De man van je dromen leerde je kennen rond je twintigste, als je al even van school af was. Hij had het allemaal al beter voor elkaar. Op jullie eerste serieuze afspraakje nam hij je mee naar een restaurant. Jij had je nieuwe kleren aan getrokken. Die ruimvallende bandplooibroek, bijvoorbeeld, met die pas nog zelf afgebreide trui. Of die nieuwe geruite blouse, met een riem, boven een broek van ribfluweel. Je oogschaduw heeft alle kleuren van de regenboog en je haar zit ook al ruimvallend, al dan niet met permanent. De tekeningen van Herry Behrens geven het perfect weer.

Zo waren de jaren tachtig. Precies die kleren droeg je moeder. Naar dat soort discotheken ging ze. Zo leerde ze je vader kennen. Alleen dat van die baan, op kantoor. Die kreeg je ook in de jaren tachtig al niet meer met alleen maar middelbare school. Ook toen moest je nog minstens een beroepsopleiding volgen. Maar voor de rest klopt het allemaal. Dat jeugdhotel is een perfect tijdsbeeld geworden. 

Geen opmerkingen: