20 februari 2014

Carla is geen kind meer

Het is een deel uit de Zonne-reeks voor meisjes. Maar eigenlijk is het helemaal geen meisjesboek. Het is een sprookje. En sprookjes bestaan niet. Veel van wat in dit verhaal voorkomt, kan ook niet. Of, beter gezegd: je kunt je er als meisje niets bij voorstellen. In mijn exemplaar, zonder omslag, staat met balpen een datum geschreven: 7-1-1957. Zou best wel eens de oorspronkelijke aanschafdatum van dit boek kunnen zijn. Zelf kocht ik het negenendertig en een half jaar later. Ik heb er mijn aanschafdatum ook in gezet. 01-09-'96.

Dit sprookje gaat dus over Carla. Een meisje van achttien uit een onderwijzersgezin. Papa is leraar aan de kweekschool in Den Haag, waar het gezin Enklaar ook woont. Naast papa is er mamma, die voor haar trouwen ook onderwijzeres was. En zijn er drie oudere zussen van Carla. Mirjam, die lerares is aan het meisjeslyceum in Den Haag, Toby, die onderwijzeres is in Loosduinen en Marijke die in Leiden studeert. Carla wil niet naar de universiteit en niet naar de kweekschool.

Al in het eerste hoofdstuk maken we kennis met Els, de vriendin van Carla, Els' broer Han en met Aart Wassink, een vriend van Han. We weten dan ook al, dat Carla bespottelijk strenge ouders heeft en drie volgzame schapen van zussen. Er volgt een scène over een studentenbal, waar niet alleen Carla voor wordt gevraagd, maar ook Marijke naar toe blijkt te willen.

Zoals in zo veel sprookjes gebeurt er iets vervelends. In dit geval dreigt Carla tijdens een spelletje snelzwemmen te verdrinken, maar wordt ze uiteraard gered door haar uitdager Aart. Er wordt wat getennist. En dan komt er opnieuw ruzie, over de gezamenlijke familievakantie. Marijke wil niet meer mee. Die gaat liever met een studentenkamp mee, naar Oostenrijk. Weer een hoofdstuk later zitten Mirjam en Carla plotseling in de trein naar Florence. Carla gaat er werken, als secretaresse voor Aart's vader, die schrijver is. En Mirjam brengt haar.

Er volgen een paar hoofdstukken vol Italië, met brieven van thuis en van Aart, die Carla al meteen zijn liefde verklaart, ook al heeft hij haar maar twee keer eerder gezien. Carla mag de ouders van Aart meteen oom en tante noemen. Tante Paula was eerst gouvernante bij oom Henk en zijn eerste vrouw. Nadat die eerste vrouw overleed, trouwde ze met hem en werd Aart geboren. Oom Henk is dus een gevierd schrijver. Uiteraard is tante Paula ook kunstenares. Ze schildert. En natuurlijk wonen ze in Nederland niet in een normaal huis, maar in een kasteel met bedienden. En dan is er dus nog pleegdochter Lucie - oom Henk en zijn eerste vrouw konden geen kinderen krijgen - die ook geen gewoon baantje heeft, maar kinderarts is.

Bij thuiskomst in Nederland mag Carla op het kasteel voor oom Henk verder werken. En blijkt Marijke zich met Han te hebben verloofd. Haar eigen 'verloving', dat vinden papa en mamma toch nog wat al te vroeg. Papa heeft trouwens veel aan zijn hoofd. Want hij krijgt zo maar twee banen aangeboden. Een als hoofd van de kweekschool in Groningen, en een als hoofd van een moderne, lagere school in Kijkduin. Maar hij hoeft niet te solliciteren, want hij heeft op de kweekschool een goede baan en in de avonduren geeft hij les op de handelsschool.

Papa, de strenge vader, blijkt toch een echte pedagoog te zijn. En zo ouderwets als hij is, hij is toch voorstander van die nieuwe school, met experimentele vormen van lesgeven, zonder lesrooster. Dat wordt het dus, zijn nieuwe baan. Kijkduin is niet zo ver van Den Haag of Loosduinen. Mirjam en Toby hoeven dus niet op zoek naar ander werk. En Carla, die blijft nog wel even bij oom Henk en tante Paula. Want na een kleine ruzie met Aart besluiten ze het zo maar weer bij te leggen. Die problemen, die akkefietjes over zijn karakter, ach, ze stelden eigenlijk niets voor. En ze leefden nog lang en gelukkig. Einde. Met illustraties van Hans Borrebach.

Geen opmerkingen: