19 november 2018

Rotterdammers onder elkaar

Het is maart 1987, als Helen Taselaar, dan 31, in het Vrije Volk geïnterviewd wordt over haar mooiste kunstwerk. Het is haar knuffelbeer Fiep. Ze heeft m al sinds ze klein is en hij is compleet versleten. Omdat hij geen leven lang meer mee gaat, heeft ze er zelfs een schilderij van laten maken. Helen vertelt over haar jeugd en over haar werk. Ze is schrijfster van jeugdromans. Er lopen op dat moment drie series bij uitgeverij Kluitman, zo vertelt ze. Manege Picadero, Hondenkennel De Wildhof en Jeugdhotel De Witte Hengst.

Bij het artikel is een foto toegevoegd. Een spontane vrouw in jaren tachtig stijl. Wijdvallend haar, gekleed in een oversized trui en een spijkerbroek. Een beetje zoals de hoofdpersonen op de omslagen van haar verhalen er uit zien. Ze zit op een bank met een grand foulard, met op de salontafel een paar van haar recent verschenen pockets. Ze was een van de eersten die over paarden schreef, zo vertelt ze. Dat is heel populair. De verhalen zijn bedoeld voor 10-14 jaar en veel van de feiten uit haar eigen leven komen ook in haar verhalen voor. Al heeft ze Fiep nog nooit opgevoerd.

Een knuffel past ook niet meer bij haar doelgroep, zo gaat ze verder. Meisjes zijn op die leeftijd al voorzichtig met jongens bezig. Haar boeken zijn aardig modern, maar omdat ze bij Kluitman publiceert, moet ze wel netjes blijven. Helen is op het moment van de foto ook moeder van twee kleine kinderen, zo blijkt. En ze woont op een bovenwoning, in Rotterdam.

Haar romanfiguren liet ze bijna allemaal buiten in de polder wonen. Daar waar het mogelijk is om paarden of honden te houden. Of waar je een hotel kunt bestieren. Ze hebben of krijgen ook allemaal een heel huis. Er is, zodra er getrouwd wordt, geen enkel stel meer bij dat een bovenwoning betrekt. Kinderen worden er in die series al wel geboren. In een van haar latere verhalen voert ze ook een scene op met een knuffelbeertje, dat onmisbaar blijkt voor een kind.

De foto is van Hans van de Pol. Het interview is van Wilfried de Jong. Ja die. Althans, dat denk ik wel. Want hij komt ook uit Rotterdam en heeft eerst voor lokale kranten geschreven. Hans van de Pol is nog steeds fotograaf, zo blijkt uit zijn website. Herry Behrens, de illustrator van al die Wildhoven, Picadero's en Jeugdhotellen, is inmiddels met pensioen. Kluitman is nog steeds uitgever van jeugdromans en ja, die gaan nog steeds geregeld over paarden. Hoe het met Helen Taselaar is, vond ik echter nergens meer terug.

Ze moet inmiddels begin zestig zijn. De kleine kindjes op de foto zijn nu zelf dertigers. Of ze nog schrijft? Of ze nog paardrijdt? En of ze nog altijd op een bovenwoning woont? Haar boeken waren succesnummers in de jaren tachtig, begin jaren negentig. Maar daarna werd het stil rondom haar. Misschien vond ze het zelf ook wel genoeg. In zo'n tien, vijftien jaar tijd heeft ze veel geschreven. Heel veel. Terwijl die kinderen er toch ook al waren. Een uit de hand gelopen hobby, naast je gewone leven. Een gat in de markt zien en dat grotendeels zelf opvullen. Er is een tijd geweest, dat ik dat ook wel had gewild.

Geen opmerkingen: