15 oktober 2013

Op de bres voor Manege Picadero

Opnieuw twee verhalen - in - een, over het wel en wee van de manege. En, als je het mij vraagt, ook dit keer weer meer op verzoek van de uitgever geschreven, dan spontaan door de schrijfster aangeboden. Als ik Helen Taselaar was geweest, had ik het bij één verhaallijn gehouden, in plaats van bij deze twee. Want het gaat zowel over een kamp, waarin de liefde voor het leven wordt gevonden, als de bedreiging van het voortbestaan van de manege.

Dat kamp hebben we al eerder gelezen. Het verschil is dat deze Annika Sanders en Jelle van Meerkerk, in het verleden al een relatie hadden gehad, waar Annika destijds een punt achter zette. En dat ze elkaar nu, als begeleiders van het kamp, opnieuw tegenkomen. Jelle doet behalve aan paardrijden ook aan bergbeklimmen. Dat vindt en vond Annika zo gevaarlijk, dat ze niet met Jelle verder wil, ten minste, niet zo lang hij de bergen wil blijven bedwingen. Na het kamp gaat Jelle op vakantie. En even, heel even, lijkt hij verongelukt te zijn in diezelfde bergen, maar dat blijkt al snel een misverstand. Annika en Jelle vallen elkaar dolgelukkig in de armen.

Annika woont samen met Thea in een flat, waarmee de suggestie van twee studerende vriendinnen moet worden gewekt. Annika studeert aan de sociale academie, en bezoekt samen met Thea ook wel eens studentenfeestjes. Maar zodra Jelle definitief in beeld blijft, gaat ze acuut met hem samenwonen en laat ze Thea alleen achter. Die vindt het wel wat minder leuk, maar aan alles kwam op een gegeven moment een eind, aldus het nuchtere commentaar van de schrijfster, die Annika op datzelfde moment laat denken: ik laat Thea nu wel achter, maar ik krijg er zo veel voor terug! Alsof beide dingen niet samen zouden kunnen. Alsof je niet gewoon bij je vriendin in een flat kunt blijven wonen en tegelijkertijd een vaste vriend kunt hebben...

De manege wordt in haar voortbestaan bedreigd. Een stuk grond, naast de manege, werd gehuurd. Er zijn stallen op gebouwd. Maar nu wil de eigenaar het terug, om er een compleet bungalowpark op te bouwen. Het moet dus om een stuk grond van minstens een vierkante kilometer gaan, of zoiets. Dat wordt protesteren bij de gemeente. Te paard. Met handtekeningen naar de wethouder. Niet veel later krijgt de eigenaar te horen, dat hij er geen bungalowpark op mag bouwen. Want geen bouwvergunning. Manege eigenaar Joost heeft die kennelijk wel gehad, om er stallen op te bouwen. Maar als de eigenaar er geen bungalowpark op mag bouwen, biedt hij Joost de grond voor een habbekrats te koop aan. Die er prompt de buitenbak naartoe verplaatst. Op die vrijgekomen plek, zijn eigen grond, laat hij nieuwe stallen neerzetten, aangezien die grond nu een agrarische bestemming heeft gekregen.

Hoe het precies zit met een bouwvergunning en een bestemming, weet ik niet. Maar de schrijfster wist er al net zo min raad mee. Ze had er goed aan gedaan, eens bij de gemeente te informeren, hoe zoiets nou precies in zijn werk gaat. Want zoals ze het nu heeft neergeschreven, klopt het zeker niet. Een agrarische bestemming is iets anders dan een woon- of horecabestemming. Een eigenaar van een stuk grond zal nooit iets gaan bouwen, voordat hij zeker is, dat hij dat mag. Die brief, waarin hij Joost laat weten, te zullen gaan bouwen, is dus nogal voorbarig. En als dat bungalowpark er al was gekomen, had die wijziging aangekondigd moeten zijn in de krant. Waarna de omwonenden zes weken de tijd kregen om bezwaar aan te tekenen. Ook daarover wordt niet gerept. En waarom zou je stallen afbreken, om ze ergens anders weer opnieuw neer te zetten? Erg onlogisch, allemaal. 

Vlot geschreven, gemakkelijk leesbaar, maar oppervlakkig verhaal, met als boodschap: "Echte moeilijkheden heb je niet als je nog jong bent en als ze er al eens zijn, komt alles toch in orde", aldus de recensie. En daar sluit ik me in dit geval wel bij aan. De titel van het boek is enigszins misleidend omdat in 2/3 gedeelte van het boek Annika en Jelle centraal staan, zo gaat het verder. Klopt ook. Het gaat veel meer over Jelle en Annika, die aan het einde van het verhaal uiteraard al een leuke woonzolder hebben gevonden. De recensie eindigt met Alle hoofdpersonen zijn volwassenen, maar ze spreken op het niveau van 13 tot 15-jarigen. Ook dat is waar. Toch was Kluitman tevreden. Waarschijnlijk om dat vlot geschreven en makkelijk leesbaar. Dat betekende immers ook: goed verkoopbaar. Wordt daarom opnieuw vervolgd.

Geen opmerkingen: